Op 1 juni heb ik de voorzittershamer van Hans Huis in ’t Veld overgenomen als voorzitter van het Topteam Water, in de volksmond ook wel ‘boegbeeld’ genoemd. Ik heb in 2011, samen met Koos van Oord, Meiny Prins en Nick van der Giessen aan de start gestaan van het Topsectorenbeleid. Op dat moment, midden in de crisis was ons belangrijkste doel: geld verdienen in markten die er beter voor staan dan Nederland én creëren van werkgelegenheid.
Maatschappelijke impact
Nu, in 2019, is het Topsectorenbeleid op nieuwe leest geschoeid: het gaat om grote maatschappelijke uitdagingen waar de topsectoren aan bij moeten dragen. Met kennis en kunde, in samenwerking met andere sectoren. Het kabinet formuleerde vier centrale opgaven: Landbouw, Water en Voedsel, Veiligheid, Gezondheid en Zorg en Energie en Duurzaamheid. Voor de Water-, Delta en de Maritieme technologie sector leidt dit in eerste instantie tot een minder duidelijke positionering. En zoals het meestal gaat, willen krachtige sectoren, die in acht jaar een goed functionerend systeem hebben ontwikkeld, het liefste ‘ongestoord’ doorgaan met wat we deden. Immers: wij waren toch allang bezig met maatschappelijke opgaven van (drink)water en sanitatie, sluiten van kringlopen, bescherming tegen te veel of te weinig water, verduurzaming van de scheepvaart en het verhogen van de veiligheid? Dat klopt! Het kost dan ook niet veel moeite om de onderzoekslijnen voor kennis en innovatie een plek te geven in de nieuwe agenda’s, het internationale beleid en de aanpak van Human Capital kan naadloos worden ingepast in de nieuwe, meer integrale, benadering van internationale markten en de arbeidsmarkt.
Veilig & leefbaar
Toch zou ik partijen in de Topsector willen uitdagen om méér te doen dan het verhangen van een bordje op de deur. Onder de nieuwe insteek van het kabinet zit een wereldwijde immense opgave om de aarde veilig en leefbaar te houden. Om de miljardenbevolking van voedsel te voorzien en tegelijkertijd de biodiversiteit niet verder achteruit te laten gaan. Wij kunnen nog meer impact hebben in de wereld als we ons aansluiten en onderdeel uitmaken van krachtige sectoren zoals Land- en Tuinbouw en de Energiesector. We moeten dáár zijn waar aandacht, momentum en geld is.
Integrale urgentie
Inmiddels is een indrukwekkend bouwwerk van Topsectorenbeleid opgebouwd: het is maar enkelen gegeven om dat helemaal te doorgronden. Het goede nieuws is: dat hoeft ook niet. Wij zullen zelf met elkaar onze ambities moeten formuleren: denkend vanuit de integrale vraag en de urgentie komen tot speerpunten waar we ons de komende jaren samen sterk voor maken, opdat we toonaangevend blijven en innovaties in de thuismarkt kunnen uitproberen en een krachtig en eensluidend verhaal in de buitenwereld kunnen houden én waarmaken. Met die instelling kunnen we als sector impact hebben. Succesvol zijn. Aantrekkelijk voor nieuw talent.
‘Ik geloof er in en ga ervoor!’