‘Die vrouw heeft een verbeelding…’, dat zei mijn moeder altijd, als er iemand in de kennissenkring te opschepperig was. Zichzelf te veel liet zien, op de voorgrond zette. Met teveel eigendunk sprak. Verbeelding, daar moesten wij niet teveel van hebben. Nu, op mijn 53e snak ik regelmatig naar verbeelding. Naar mensen met het talent om een helder beeld te schetsen van hoe iets in elkaar zit. Hoe het werkt. Wat er anders moet. En vooral: een beeld van waar we dan terecht komen.
Metamorfose
Verbeelding van een nieuwe toestand. Zoals je bij het kopen van een nieuwe keuken of badkamer niet in de winkel praat over de oude keuken of over de troep die de verbouwing gaat opleveren. Nee: we krijgen mooie 3D visualisaties van hoe onze oude keuken een metamorfose ondergaat, zonder al te veel details over de techniek die er achter schuil gaat. Het verlangen naar dit beeld maakt dat we bereid zijn los te laten, te investeren en het ongemak van de verandering te doorstaan.
Op de voorgrond treden
Ik pleit voor meer verbeelding in de water- en maritieme sector. Ik zie bescheiden mensen heel hard werken aan metamorfoses. In de hele wereld. We veranderen de loop van rivieren, kustgebieden en havens, condities voor landbouw en leven, we transformeren schepen tot bijna vliegende voertuigen over het water. Maar onze taal en communicatie verandert niet mee. We blijven spreken over Watertechnologie en Deltatechnologie, terwijl de wereld praat over resilient cities, climate adaptation, food, biodiversity, safe and healthy environment, justice en ‘gender equality’. De woorden ‘water’ en ‘technologie’ resoneren niet langer vanzelfsprekend.
Maar wat hebben we een hoop te bieden voor al deze grote uitdagingen. We moeten meer opscheppen, onszelf meer laten zien, meer op de voorgrond. Niet met water en technologie, maar met onze onmisbare bijdrage aan het beeld van een duurzame toekomst.
Heb jij een beeld? Deel het dan!
Annemieke Nijhof